Schreef biografie theo thijssen

De biografie van Theo Thijssen is een feest om te lezen

In het voorjaar van overnacht Theo Thijssen na een lezing in Zaltbommel bij een collega-bondsbestuurder. Diens zoontje en z’n vriendje mogen hem meteen oom Do noemen. Hij is tot hun verbazing oprecht geïnteresseerd in waar zij mee bezig zijn: geld bij elkaar schrapen voor een echt leren bal voor hun voetbalclub. Tien dagen later arriveert er een ansichtkaart: om zo en zo laat moeten ze op het station staan en uitkijken naar de trein uit Den Bosch. ‘Jan E. had hem eerder in de gaten dan ik en holde met de eerste wagon van de trein mee. Toen zag ook ik het: een voor mijn gevoel reusachtige arm stak uit een coupéraam, aan de hand zat een veter en daaraan bungelde een fonkelnieuw drietje.’

De anekdote staat in de net verschenen biografie van schrijver, schoolmeester en socialist Theo Thijssen (), roepnaam Do. En wie Kees de jongen kent, zal een glimlach niet kunnen onderdrukken. Het zal geen toeval zijn dat Kees’ schepper ook in het echte leven veel oog had voor jongensdromen. Het zal evenmin toeval zijn dat hij ze graag liet uitkomen.

Over de auteur
Elma Drayer is columnist en boekenrecensent bij de Volkskrant. Ze schreef onder meer de boeken Witte schuld () en Verwende prinsesjes ().

Gelukkig houdt biograa

THIJSSEN, Theodorus Johannes

(roepnaam Do; schrijversnaam Theo Thijssen), schrijver, vakbondsbestuurder en sociaal-democratisch politicus, is geboren te Amsterdam op 16 juni en aldaar overleden op 23 december Hij was de zoon van Samuel Jan Thijssen, schoenmaker en winkelier, en Alida Fieggen, voormalig dienstbode. Op 1 november trad hij in het huwelijk met Johanna Maria Zeegerman, handwerkonderwijzeres, met wie hij een zoon kreeg. Na haar overlijden op 6 oktober hertrouwde hij op 18 november met Geertje Dade, handwerkonderwijzeres, met wie hij een dochter en twee zoons kreeg.
Pseudoniemen: Th. Jonckbloedt, Rem Mada, R.M., D.O., Otto L. Fieggen, F., A(ndré) le Maître, Alea Nijgaard, Frans Taus.

Net als zijn beroemde romanheld Kees Bakels, alias 'Kees de jongen', groeide Thijssen op in de Amsterdamse Jordaan, in de schaduw van de Westertoren, waar zijn vader een schoenwinkel met werkplaats had. De eerste tien jaar van zijn leven woonde hij in de Eerste Leliedwarsstraat, vervolgens twee jaar in de Runstraat, net buiten de Jordaan tussen de Prinsen- en Keizersgracht. Net als Kees Bakels verloor ook hij al vroeg zijn vader. Deze stierf in december na een ziekte van twee jaar aan tuberculose. Kort voor zijn dood was de schoenwinkel opgedoekt en had zijn echtgenote een krui



Exclusieve editie: in linnen gebonden met leeslint, in een oplage van honderd genummerde en door Dick Matena gesigneerde exemplaren.

Al meer dan honderd jaar geleden schreef Theo Thijssen zijn beroemdste boek, dat nog onverminderd veel wordt gelezen, door alle generaties. Want inmiddels kent iedereen wel Kees Bakels, de belangrijkste jongen die er ooit heeft bestaan.

‘Dit is het beste wat ik ooit gemaakt heb,’ zei tekenaar Dick Matena zelf over zijn prachtige beeldroman. Ruim tweehonderd illustraties daaruit hernam hij – hij heeft ze bewerkt en ingekleurd – voor deze uitvoering van Kees de jongen. Zonder enige twijfel is dit daarmee de mooiste uitgave ooit van dit beroemde boek.

Theo Thijssen werd geboren in de Jordaan, als zoon van een jonggestorven schoenmaker. Hij werd zelf onderwijzer, schrijver, vakbondsbestuurder en zelfs Tweede Kamerlid. In verscheen de biografie Theo Thijssen (–). Schrijver, schoolmeester, socialist door Peter-Paul de Baar.

Dick Matena ontving in de Nederlandse Stripschapsprijs en in de Vlaamse Staatsprijs voor het beeldverhaal. Behalve Kees de jongen maakte hij beeldromans van onder meer Reves De avonden en Elsschots Kaas.

ISBN A

Bestel

CITAAT VAN DE MAAND

Wie was Theo Thijssen?

Die van de Verkade-albums over bos en duin? Nee, dát was Jac.P. Thijsse, zonder n op het eind. Theo Thijssen, dat was die van Kees de jongen, Het taaie ongerief,De gelukkige klas en Het grijze kind. En van de Zwembadpas? Ja, ook van de Zwembadpas! 
De medewerkers van het Theo Thijssen Museum in de Jordaan moeten gasten soms even op het goede spoor zetten, vóór het muntje valt. "O, díe jongen! Nee, maar nou herinner ik me toch óók wel; zeker, die heb ik ook gekend; 't is een tijdlang zelfs een speciaal vriendje van me geweest!" Die zin komt uit de proloog van Kees de jongen (), waarin Thijssen aankondigt te gaan schrijven over Kees, een héél bijzondere jongen maar nog té onbekend. Hij maakt zich sterk dat velen al lezend toch verrassend veel in Kees zullen herkennen. En dan volgt bovenstaand citaat, dat niet alleen op Kees Bakels maar ook op Theo Thijssen zou kunnen slaan. Thijssen wilde in deze roman een algemeen psychologisch portret schetsen van een jongen (dé jongen) van een jaar of elf, voortdurend uit de weerbarstige werklelijkheid wegvluchtend in romantische fantasieën. Juist daarom herkennen zoveel lezers die het kind in zichzelf nog niet geheel zijn kwijtgeraakt zich in Kees. Maar al lijkt bijna iedere twaalfjarige een bee

Theo Thijssen: een nuchtere Hollandse schoolmeester

Het eeuwfeest van Kees de jongen, de klassieker van Theo Thijssen uit , wordt luister bijgezet met een biografie door Peter-Paul de Baar. Voor de oud-hoofdredacteur van het historisch maandblad Ons Amsterdam was dit een kolfje naar zijn hand. Thijssen was niet alleen schrijver, onderwijzer, vakbondsman en SDAP-politicus, hij was ook Amsterdammer. De Baar volgt hem op de voet door zijn leven.

Kees de jongen was niet eens Theo Thijssens favoriete boek. Het grijze kind lag hem het naast aan het hart. In deze roman laat Thijssen zijn kritiek op de schoolse opvoeding van kinderen de vrije loop. Hoofdpersoon Henricus van der Stadt is geen gewone jongen. Grijs voor zijn leeftijd beschouwt Henricus de wereld om zich heen met de levenswijsheden van een volwassene. Hij doorziet de ‘onderwijsflauwekul’, waaraan Thijssen zich altijd heeft geërgerd: huiswerk maken, strafregels schrijven en gymnastiek zonder spelelement. De schijngeleerdheid die de kinderen kregen opgelegd bij vakken als aardrijkskunde en geschiedenis vond Thijssen verspilde moeite. Hij betitelde zichzelf graag als een ‘nuchtere Hollandse schoolmeester’. Het belangrijkste was dat het kind goed leerde schrijven, lezen en rekenen. Overigens deden Thijssens eigen